Door heel wat buurtbewoners werd ik recent op de hoogte gebracht van zeer ernstige geluidsoverlast in de Louisazaal met een grote impact op de woonkwaliteit in de omgeving van het Lousbergpark. Ondanks duidelijke afspraken en reglementeringen wordt de zaal toch gebruikt voor feestjes en drumsessies waarbij de buren door de organisatoren als hinderlijke randfactoren worden beschouwd. Wanneer de bewoners het probleem ter plaatse gingen aankaarten, werd dit gewoonweg onthaald op provocerend gelach.
De interventieploeg van de politie werd hiervan reeds meermaals in kennis gesteld door meerdere buurtbewoners en stelde PV’s ter zake op.
Van de beloftes om omwonenden op voorhand te verwittigen en geluidsoverlast te vermijden kan jammer genoeg in de praktijk niet veel worden vastgesteld. Dit terwijl in het aanpalende gebouw heel wat appartementsbewoners met kleine kinderen recht zouden moeten hebben op een gezonde nachtrust.
Is de Schepen bereid om deze problematiek van geluidsoverlast grondig te onderzoeken en de nodige maatregelen te nemen opdat de rust mag weerkeren in de buurt van het Lousbergpark.
Carl De Decker
Gemeenteraadslid
Antwoord:
Na een klachtenmail van 7 september 2011 wegens geluidsoverlast heeft de Dienst Buurtwerk op 4 oktober 2011 een e- mail met volgende inhoud verstuurd aan de heer Bleyenberg, syndicus. Daarin heeft de Dienst Buurtwerk een aantal voorstellen gedaan en concrete engagementen genomen die de overlast vanuit de Louisazaal voor de buurt tot een minimum moeten herleiden.
Hierop ontvingen wij op 7 oktober 2011 een mail van de heer Bleyenberg. Daarin maakt hij gewag van een voorval met spelende kinderen in het gebouw en op de parking, waarbij hij aandringt op meer controle. Hij maakt ook bezwaar tegen een aantal elementen in de voorgaande e-mail met onze voorstellen en houdt zicht het recht voor hierop ten gronde te antwoorden.
Vooreerst hebben wij nooit een antwoord ten gronde van de heer Bleyenberg ontvangen. Daarnaast speelde dit nieuwe feit zich af in de linkervleugel van het gebouw, beheerd door vzw Jong. Hierop heeft de Dienst Buurtwerk een overleg georganiseerd met Jeugddienst en vzw Jong, om gemeenschappelijke richtlijnen af te spreken teneinde de overlast tegen te gaan. De Dienst Buurtwerk heeft zich dus niet beperkt tot het regulariseren van zijn eigen werking, maar heeft ook een ernstig initiatief ontwikkeld om met de jeugdvleugel tot een eenduidige houding tegenover de buurt te komen.
Op 21 maart 2012 ontvingen we een e-mail van de heer Bleyenberg; ditmaal ging het over een niet vooraf geplande jeugdculturele activiteit met muziek, waarbij er dezelfde avond klachten van buurtbewoners wegens geluidshinder kwamen. Hij beweert in deze mail dat de interventiepolitie werd verwittigd (feit waarvan wij geen bevestiging konden terugvinden) en de mededeling dat vanaf dan bij iedere hinder de politie zal verwittigd worden met de vraag een pv op te stellen. Navraag bij de jeugddienst leert dat deze activiteit doorging in de lokalen van vzw Jong en afgerond werd omstreeks 20u.
Op 30 april 2012 stuurde Ken Roetynck, Gebiedscoördinator van vzw Jong, een reactie naar de heer Bleyenberg. Daarin benadrukt hij het onverwachte en occasionele van deze activiteit in het kader van een jeugdcultureel project en betreurt hij het gebrek aan communicatie dat zij omwille van deze hoogdringendheid hierover hadden met de buurt.
Hierop reageerde de heer Bleyenberg op 30 april per e-mail, waarin hij de excuses van de jeugdcoördinator als ontoereikend bestempelde. Daarnaast deed hij melding van nieuwe feiten van overlast, ditmaal wegens het verscheidene malen afgaan van het alarm in het buurtcentrum.
Hoewel de activiteit van 21 april niet plaatsvond in de ruimtes van de Dienst Buurtwerk, benadrukt de Dienst Buurtwerk zich wel degelijk gehouden te hebben aan de voorgestelde afspraken, zoals geformuleerd in de e-mail van 4 oktober 2011. De dienst verontschuldigt zich tegenover de bewoners voor het –waarschijnlijk foutief- afgaan van het alarm op 21 en 28 april jongstleden. Navraag bij buurtwerkster Nadine Rombout doet ons concluderen dat het hier gaat om een technisch defect en intussen werd alles in het werk gesteld om het euvel aan het alarm te herstellen.
We hebben ook navraag gedaan bij de interventiepolitie naar de door hen ontvangen klachten en opgemaakte pv’s, vermits hiervan ons geen officiële melding bereikte. De politie maakt inderdaad gewag van een aantal meldingen voor nachtlawaai wegens het afgaan van het brandalarm, maar er is nergens sprake van een klacht wegens overlast veroorzaakt door een activiteit in de Louisazaal (de polyvalente zaal van de Dienst Buurtwerk).
De Dienst Buurtwerk en de Jeugddienst wijzen er graag op dat zij met de Louisazaal en de lokalen van vzw Jong een ontmoetingsplaats wil creëren voor alle bewoners van de wijk Macharius-Heirnis en hoopt dit verder in een constructieve sfeer samen met de bewoners te kunnen realiseren.
Tom Balthazar
Schepen van Milieu, Stadsontwikkeling en Wonen