Ik stelde U reeds een schriftelijke vraag omtrent Het Lousbergcomplex dat een grote parking heeft die slechts één in- en uitrit heeft in de Tarbotstraat die bovendien als enige toegangsweg dienst kan doen voor de brandweer en de hulpdiensten indien er zich een ramp zou voordoen.
Ik melde U toen dat de situatie in de praktijk problematisch is doordat er systematisch sprake is van wildparkeren. Dit werd al veelvuldig aangekaart door buurtbewoners bij de stadsdiensten en de politie en recent heb ik vernomen dat de situatie steeds dramatischere proporties aanneemt. Bijna dagelijks dient men nu de politie te bellen wegens het aanhoudend foutief parkeren aangezien de buurtbewoners gewoon weg niet meer op of af de parking geraken.
Uit uw antwoord op mijn schriftelijke vraag blijkt dat na overleg binnen de MOB-Cel werd beslist dat het niet zinvol zou zijn om paaltjes aan een doorlopende witte lijn te plaatsen aan beide zijden van die toegangsweg. “In de bewuste hoek moet blijkbaar vrij vaak gemanoeuvreerd worden door de aanwezigheid van de Kringwinkel. Het is daarom niet wenselijk om overschrijdingen volledig te verbieden met een volle witte lijn of onmogelijk te maken met paaltjes. Paaltjes zijn volgens U allesbehalve een duurzame maatregel en leiden vaak weer tot andere problemen. Er zijn bovendien heel wat vergelijkbare plaatsen in Gent waar om paaltjes zou gevraagd worden. Het is niet mogelijk en niet wenselijk om op al die locaties paaltjes te plaatsen. Daarom is het beter om geen precedenten te scheppen, zeker niet als het hoogst twijfelachtig is of eventuele paaltjes een echte oplossing zouden bieden.”
Omdat het hier gaat om de veiligheid van de bewoners wens ik uw aandacht hier nogmaals op te vestigen omdat het door het foutief parkeren aan beide zijden van de toegang het uitgesloten is dat de brandweerwagens tot aan het gebouw zouden kunnen komen. In een schrijven uit 2002 wordt nochtans uitdrukkelijk bevestigd door de Brandweer dat de inrit voor het Complex Lousbergpark inderdaad vrij moest gemaakt worden (zie bijlage) maar jammer genoeg werd hieraan geen gevolg gegeven.
Bovendien kan men zich vragen stellen bij de argumentatie dat er steeds mannoeuvreerrruimte moet zijn voor de Kringwinkel en blijkbaar daardoor de ganse buurt hiervan het slachtoffer moet zijn.
Ik kan mij dan ook niet van de indruk ontdoen dat deze uitzonderlijke en gevaarlijke situatie wel degelijk de plaatsing van paaltjes kan verantwoorden om de openbare veiligheid te garanderen. Deze paaltjes moeten niet noodzakelijk in de uithoek van een gearceerde strook staan. Indien deze in het midden geplaatst zouden worden houden ze geen verkeer tegen en kan er nog gemanoeuvreerd worden en zodoende zou enkel het wildparkeren kunnen verhinderd worden.
Is de Schepen dan ook bereid om deze voorgestelde oplossing te onderzoeken en paaltjes te plaatsen in het midden van de gearceerde strook aan beide zijden van de toegangsweg zodat de veiligheid van de buurtbewoners niet in het gedrang kan komen indien de brandweer en de hulpdiensten dienen ter plaatse te komen ? Indien niet welke afdoende maatregelen zullen er genomen worden om de toegang tot de parking te garanderen?
Carl De Decker
Gemeenteraadslid
Antwoord:
Deze vraag werd intern besproken met de vertegenwoordigers van de verschillende stadsdiensten.
Het klopt dat de paaltjes negatief werden geadviseerd. Men kan niet bij elk bord dat regelmatig wordt genegeerd paaltjes plaatsen. Op die manier creëert men op den duur twee soorten parkeerverboden: eentje waar het erg verboden is om te parkeren, want er staan paaltjes en een waar het maar “een beetje verboden” is, want er staan geen paaltjes. M.a.w. men zou dan wel eens snel kunnen evolueren naar een toestand waarin overal en altijd paaltjes moeten geplaatst worden op parkeerverboden te laten handhaven. Dit kan niet. De automobilisten moet zich nu eenmaal houden aan de regels.
Concreet werd in het aangehaalde geval dit foutparkeren doorgegeven aan de verkeerscoördinator van de politie. Men gaat wel de toestand verder opvolgen en verder evalueren. Indien nodig zal dit punt opnieuw worden behandeld binnen de interne werkgroep van stadsdiensten.
Martine De Regge
Schepen van Openbare Werken en Mobiliteit